Friends, Gran and a horrific hostel..

31 januari 2015 - Sydney, Australië

We vertrokken lekker op tijd zodat we flink wat kilometers af konden leggen. Het was alweer maandag. Vrijdag moesten we Peggy alweer inleveren en we hadden nog ongeveer 2000 kilometer voor de boeg. We hadden de volgende dag bij Alex en Joel afgesproken, die we anderhalve week geleden in de Grampians hadden ontmoet, en daarvoor moesten we nog een kilometer of 900 voor rijden. Dus ondanks dat het vandaag Australia Day was (waar we overigens amper wat van merkten, behalve een paar gekken op de weg met rare pakken en dat alle winkels gesloten waren) reden we flink door. We vonden een mooie campingplek op ongeveer 300 kilometer afstand van Pakenham, de buitenwijk van Melbourne waar de heren wonen. 

Bij de camping stond een bordje met een wandelroute naar een waterval, dus dat moesten we natuurlijk uitproberen. Alleen zoals zo veel van die misleidende toeristische bordjes, stelde ook deze waterval weinig voor. Het was niet meer dan een aantal plateaus van rotsen die misschien een halve meter in hoogte van elkaar verschilden over een breedte van zeker 20 meter. Nou ja, dan maar lekker koken en eten. Met de boodschappen van eerder die dag, waarbij we een mooi stuk entrecote op de kop hadden getikt, maakten we een heerlijk avondmaal. De vogels die leken op grote eksters kregen de randjes vet, waar ze de rest van de avond zoet mee waren.

De volgende dag reden we snel door naar Pakenham, de buitenwijk van Melbourne waar Alex en Joel in woonden. We hadden het adres doorgekregen en kwamen na het middaguur aan bij het huis van Joel en Caity, zijn vriendin. Het huis was een groot gelijkvloers huis, met vier slaapkamers, twee badkamers, twee woonkamers, een keuken, een studeerkamer, een garage en een tuin waar de twee kleine witte keffertjesyCharlie en Angel hun huisje hadden. In de voorste woonkamer en slaapkamer leefde Gran, de oma van Caity die zich gezellig overal mee bemoeide en zich daarna weer terug trok in haar domein om tijdens de Australian Open in slaap te vallen. Wat een lief mensje. Het huis was van de moeder van Caity, die op dit moment bij haar vriend in Sydney zat. Al snel kwam ook Alex erbij en hij had kangaroosteak en worstjes bij zich. We hadden het in de Grampians al willen barbecuen, maar daar was het niet te krijgen, dus had Alex het nu speciaal voor ons gehaald. Omdat het weer niet helemaal mee werkte, werd het helaas niet de BBQ, maar de grill binnen, waar wij als gasten natuurlijk onze kookkunsten weer even lieten zien en twee heerlijke marinades voor de steaks maakten. Een traditionele Italiaanse marinade op basis van oregano, marjolein, thijm en rozemarijn en een Aziatische marinade op basis van Teriyaki, komijn en een scheutje suiker die uiteindelijk tot favoriet werd uitgeroepen. De steak was heerlijk! Kangaroevlees smaakt sterker dan koe en varken en kan volgens ons meer vergeleken worden met konijn en hert.

Na het eten stapten we in de auto en reden een klein half uurtje naar het huis van Caity's vader, die een klein stukje uit Melbourne op een heuvel woonde, met een eigen zwembad en jacuzzi waar we gebruik van mochten maken. Na een korte rondleiding door het huis, wat deels verhuurd was als aanleunwoning voor een oudere dame en aan de andere kant als studio voor een alleenstaande man, stond het huis helemaal los op de heuvel. In het veld, de achtertuin, liepen diverse grote kangaroes, die rustig stonden te grazen tussen de koeien. Omdat we hadden verteld dat we nog geen wilde wombats hadden gezien, liepen we met z'n vijven door het weiland richting een poeltje, waar ze regelmatig wombats spotten. Caity had hier tot vorig jaar gewoond, dus kende ze de omgeving op haar duimpje. Dat was wel prettig, want het was al snel pikkedonker, en de lampjes van onze mobieltjes gaven slechts een klein lichtschijnsel in de open donkerte. Na opgeschrikt te zijn door een possum en de hoop te hebben opgegeven op een zicht op wombats, liepen we terug naar het huis, waar de jacuzzi inmiddels lekker opgewarmd was. We hebben hier heerlijk ingezeten en verhitte discussies gevoerd, waarbij we onder andere hadden bepaald hoe we tot wereldvrede konden komen en wat de beste politieke partij en manier van regeren was, tot we het zat waren en teruggingen naar de auto. We namen afscheid van Caity's vader en reden over het landweggetje weer richting de openbare weg. Maar in plaats van direct naar de grote weg te rijden, namen we een afslag, een nieuwe missie om wilde wombats te spotten. Met een slakkegangetje reden we de weg af, en bij elke beweging die we dachten te zien, stopten we en schenen ons lampje die kant op, maar het mocht helaas niet baten, geen wilde wombats. Maar we hadden in ieder geval onze uiterste best gedaan.

Eenmaal weer terug bij Joel & Caity's huis, kregen wij de masterbedroom van Caity's moeder toegewezen als onze tijdelijke kamer, ondanks dat we meerdere malen aangaven dat we rustig in Peggy konden slapen, maar Caity en Joel stonden erop. Wat een verwennerij! Al vanaf het moment dat we bij hen aan waren gekomen, hadden we ons welkom en te gast gevoeld en ze deden er alles aan om het ons naar de zin te maken, wat een verschil met een paar weken geleden! En het bed van Caity's moeder lag heerlijk, zo zacht dat je er bijna in verdween en zo groot dat we elkaar bijna kwijtraakten.

De volgende dag brachten we eerst Peggy naar de mechanic. Joel had de garage gebeld waar hij ook altijd naar toe ging en toen we daar aankwamen, leken ze onze wensen te snappen en te begrijpen wat we wilden. Namelijk een complete lijst met gebreken en eventueel een conclusie of deze auto wel of niet veilig dan wel goed onderhouden is, zodat wij bij het inleveren vrijdag een goed argument hebben voor Spaceship. De man leek ons helemaal te snappen en bood zelfs aan om extra foto's te maken om bij het rapport te voegen. En toen hij hoorde dat hij Spaceship kon bellen voor de betaalgegevens, was hij helemaal tevreden, net als wij. Het enige nadeel was dat we Peggy wel voor de nacht moesten laten staan, daar waar hij een poging wilde doen om de deur te repareren met een onderdeel wat de volgende dag vroeg zou worden bezorgd. Nou ja, we mochten blij zijn met Joel en Caity, die nog maar wat graag een extra dagje gastheer en gastvrouw wilden spelen. We voelden ons bijna bezwaard, maar dat wuifden ze makkelijk weg. We waren hun gasten en we moesten niet zeuren, ze vonden het alleen maar leuk. We reden naar een winkelcentrum waar we een kopje koffie bestelden en bijna ruzie begonnen te maken over wie er mocht betalen. Wij vonden dat wij wel op een kop koffie mochten trakteren, maar zij vonden dat wij hun gasten waren en dat zij moesten trakteren. Uiteindelijk wonnen wij en mochten wij betalen! Jippie, kunnen we eindelijk wat terug doen! Joel had inmiddels alweer contact met Alex opgenomen om ons weer te herenigen. Joel en Caity moesten die middag werken, maar Alex was vrij, dus Alex had oppasdienst op ons. We vonden het wel prima. Eerst gingen we maar even een eindje lopen met Charlie en Angel, rond het meertje achter het huis. Een heerlijk stukje lopen, het weer was fantastisch! En het gaf een leuk uitzicht op de buurt waar ze in woonden. Daarna besloten we een stukje te gaan rijden. We hadden vlakbij de garage een CRAZY JUMP gezien, wat ons leek op een trampolineparadijs. Dus gingen wij lekker springen! Alex had het ook nog nooit gedaan, dus die vond het prima.

We kwamen bij de Crazy Jump, en naast een enkele auto waren we de enige. We liepen naar boven en kwamen bij de balie waar een dikkige, kleine man met een oorbelletje en sikje ons te woord stond. We mochten gelijk naar beneden, waar we de speciale antislip sokken aandeden en de trampolines op mochten. WAUW! We voelden ons weer als een stel kleine kinderen! We begonnen op een basketbalvloer van trampolines, waar ook de muren trampolines waren en na vijf minuten waren we al buiten adem, wat is dat vermoeiend zeg! Na het basketbalveld renden we naar de lange aanlooptrampolines die naar de foampits liepen, waar je in kon duiken! Ook dat was kicken! Salto's, frontflips, backflips (althans, pogingen tot), en allerlei superman poses voordat je in de foamblokken terecht kwam, super leuk! Maar dat is nog zwaar om weer uit te komen! Je kan je totaal niet afzetten op de foamen blokken, want deze deuken natuurlijk gewoon in onder het gewicht van je handen of voeten. De extreme trampolines met muren aan de zijkant waren meer voor de profs, maar ook wij deden een poging om zijwaarts "over de muur te lopen". Bas kreeg het voor elkaar om twee "stappen" te zetten en Ash hield het bij salto's en weer op de voeten te landen. Alex hield het vooral bij de gekste poses in de foampits. Wat een vermaak, maar jeetje wat vermoeiend. En daarnaast was het zoontje van de baas wat nogal irritant aanwezig was en continu onze aandacht probeerde te trekken met zijn niet volwassen piepstem en dikke lichaampje. Het jochie was misschien een jaar of tien, maar moest wel even duidelijk laten merken dat pappie de baas was. En als we niet op zijn aandachttrekkerij ingingen, kregen we foampitblokken naar ons hoofd, waarna we hem maar even duidelijk hebben gemaakt dat zijn aanwezigheid niet werd gewaardeerd, waardoor hij uiteindelijk afdroop. De jongens die toezicht hielden gaven ons veelzeggende blikken en een gesprekje later kwamen we erachter dat de jongens ook erg blij waren met de aanwezigheid van het zoontje van de baas...

Na even uitgehijgd te hebben van het uurtje springen, gingen we even boodschappen doen, waar we insloegen alsof we voor een weeshuis moesten koken. Maar goed, we hadden trek, en we zouden het wel opkrijgen... Terug in het huis van Caity en Joel was Gran weer in haar slaapkamer tennis aan het kijken en kwam ze in de pauze even kijken wat ze allemaal voor lekkers rook, ondanks dat ze niet mee wilde eten. Alex en Ash hadden zich over een zelfmaakbrownie gebogen, waarbij in ieder geval boter, een ei en wat melk toegevoegd moest worden, terwijl Bas zich over het vlees boog. Hij gebruikte de kangaroeworstjes die nog over waren van de vorige dag door ze uit hun velletje te halen en het vlees als gehakt te gebruiken, deze in een vers broodje te doen en een eigen worstenbroodje te maken met kaas bovenop. Deze in de oven en in de tussentijd het rundergehakt kruiden en klaarmaken voor de minihamburgertjes die we erbij hadden bedacht. Daarna maakten we ons eigen garlicbread, ondanks dat we geen ciabatta tot onze beschikking hadden. De salade bleef onaangeraakt in de koelkast liggen.

Tegen tienen kwam Caity terug van werk en rond middernacht was ook Joel weer thuis. Ze konden nog genoeg eten van alles wat over was, want we hadden rekening gehouden met het feit dat ze wel trek zouden hebben na het werk. We mochten nog een nachtje doorbrengen in het fantastische bed van Caity's moeder en gebruik maken van de heerlijke rainshower in de badkamer.

Het was alweer donderdag. Wat gaat de tijd ineens snel. Samen met Alex, Joel en Caity reden we terug naar de mechanic, waar we benieuwd waren naar Peggy en de lijst. Het bleek dat ze het stuur hadden gemaakt. De afwijking was ruim 11 graden (zegt ons niet heel veel, maar voor de kenners onder ons; de afwijking stond op -10,60 terwijl deze na wieluitlijning +1,00 moest zijn) en daarnaast hadden ze bijna de hele ophanging aangepakt. Ook hadden ze de gebroken wielbout van het achterwiel gemaakt. De andere dingen als de schuifdeur, passagiersraam, de riemen hadden ze van Spaceship niet MOGEN maken. Daar mee wilden ze wachten tot we terug waren in Sydney. Ergens vonden we het jammer. We hadden liever gehad dat we daadwerkelijk hadden kunnen laten zien hoe het stuur afweek en dergelijke, dan dat deze al gerepareerd waren, maar goed, het kwaad was dus al geschied. Daarnaast hadden ze wel hun oordeel klaar en vonden ze de auto absoluut slecht onderhouden. Onze vermoedens werden dus alleen maar meer bevestigd. Na alles besproken te hebben, namen we afscheid van de jongens. We moesten nog ongeveer 1000 kilometer naar Sydney en we moesten Peggy de dag erna al inleveren.

De rest van de donderdag hebben we dus vooral gereden. De weg was lang, saai en recht. Maar daardoor konden we wel een flinke afstand afleggen. Toen we eenmaal een plekje hadden gevonden, hadden we nog ongeveer 235 kilometer te gaan. En omdat we zo ver gereden hadden, waren we na het eten ook wel gelijk klaar voor bed.

Vrijdagochtend vertrokken we een beetje op tijd. We wilden op tijd in Sydney zijn zodat we nog genoeg tijd hadden om de discussie met Spaceship aan te gaan. We kwamen net na het middaguur aanrijden bij het depot, waar we vroegen naar Grant, de General Manager waar we al die tijd al contact mee hadden gehad. Hij was echter niet aanwezig maar zou snel terug zijn. De andere jongen die aanwezig was, was echter wel op de hoogte dat we problemen hadden en liep vast een rondje met ons langs de auto, zodat hij vast een lijstje voor de mechanic kon opstellen. Al snel kwam Grant aanrijden. In het eerste opzicht een arrogante man met zijn zonnebril op, korte broek en vans aan. We liepen nogmaals een rondje rond de auto, met ons lijstje van klachten. Maar aangezien hij vond dat er een mechanic naar moest kijken voor hij een oordeel kon vellen, kon hij nog niks bepalen. Daar hadden we op gerekend, en behalve de rapporten van de mechanic, konden we ook altijd nog even bellen. Dus Bas ging met Grant mee naar binnen om te bellen, terwijl Ash bij de andere jongen bleef om de rest van de klachten af te werken. Uiteindelijk wilde Grant toch nog zijn eigen mechanic ernaar laten kijken, ondanks dat hij wel iets anders reageerde na het gesprek met de mechanic. Ook daar hadden we rekening mee gehouden, dus we stelden voor om a la minute een ONAFHANKELIJKE mechanic op te zoeken om de auto na te laten kijken, maar dat kon natuurlijk niet, want meneer had andere afspraken. Uiteindelijk kwamen we tot ons ongenoegen tot het akkoord dat we maandag contact zouden hebben, als wij in Nieuw Zeeland zouden zitten en er een andere mechanic naar de auto had gekeken.

Na dit bloeddrukverhogende gebeuren, konden we soort van weer ontspannen. We hadden ons verhaal gedaan, ons niet van ons stuk laten brengen en voet bij stuk gehouden. We hadden online al een goedkoop hostel geboekt waar we de komende twee nachten zouden verblijven, totdat we eindelijk naar Nieuw Zeeland zullen vliegen en Edward en Annelies weer zouden gaan zien. We pakten de bus en de trein die ons bijna voor de deur afzette. De check in verliep lekker vlot en we werden al snel naar de slaapzaal gewezen. We hadden de goedkoopste optie, een 14 persoonskamer, gekozen. Maar jeetje, wat een bende! En wat een kleine kamer! Dat was wel anders dan bij WakeUp waar we eerder in Sydney waren verbleven. En waarschijnlijk leefden de meeste mensen al een tijdje in die kamer, want de spullen lagen overal! En het rook verschrikkelijk muf en zweterig, gadverdamme! Nadat we onze spullen op onze bedden hadden gedumpt, zijn we zo snel mogelijk weer gevlucht.

We besloten in een barretje te gaan zitten, waar we uitzicht hadden op de straat en heerlijk mensen konden bekijken en beoordelen. Onder het genot van een biertje en een cidertje kwamen de gekste figuren voorbij en vermaakten we ons prima. Voor het diner besloten we om een stukje verderop bij een Aziatisch restaurant te gaan dat er een beetje fancy uit zag. Het eten was prima en de bediening was matig, maar ach, veel beter zijn we hier in Australie toch niet gewend.

Na een verschrikkelijke eerste nacht in het hostel, waar de helft van de mensen na middernacht dronken en luidruchtig binnenkwamen en nog gezellig met elkaar bleven praten terwijl de rest probeerde te slapen, pakten we onze strandspullen en verkasten naar Bondi Beach. Na een lekkere brunch bij een of andere strandtent gingen we lekker op het strand liggen, waar we ons kleurtje konden bijwerken. Het was gelukkig niet meer zo druk als tijdens de kerstvakantie, maar desondanks was het strand gezellig vol.

De golven waren dit keer nog hoger dan de voorgaande keren dat we er waren geweest. En dit keer moest de kustwacht alles goed in de gaten houden, omdat de stroming ontzettend sterk was. Ze hadden het zwemstrand dan ook zo afgezet dat er slechts een stuk van ongeveer 30 meter breedte toegestaan was om in te zwemmen, omdat de rest eromheen te gevaarlijk was. De golven waren minimaal twee keer zo hoog als wij zelf waren en na een korte tien minuten kwam je bijna uitgeput weer uit het water.

Tegen het eind van de middag besloten we richting de bioscoop te gaan, waar we de film American Sniper bekeken en dineerden met popcorn. De film is zeer indrukwekkend en heeft echte kippenvel momenten, zeker omdat sommige dingen zo eng dichtbij komen bij de werkelijkheid...

Weer terug in het hostel en terug in onze stinkkamer, pakten we onze tassen om zodat we helemaal klaar waren om de volgende dag te gaan vliegen. We konden niet wachten! Nog even een bakkie koffie met behulp van de waterkoker uit de keuken, waar de kakkerlakken over de planken liepen, en we het hostel nog viezer vonden. Weer terug op de kamer kwamen er rond het bed van Ash ook ineens allerlei kakkerlakken tevoorschijn kwamen die over de muren rond haar hoofd kropen, bah Bah BAH! Dit hostel werd echt met de minuut smeriger!

Gelukkig konden we de volgende dag met het shuttlebusje naar het vliegveld worden gebracht en konden we eindelijk op weg naar Edward en Annelies! En naar Nieuw Zeeland!

xx Bash

 

Foto’s

2 Reacties

  1. Inge:
    4 februari 2015
    Lijkt me grappig tussen die blokken. Bey bey Australië. Hallo Nieuw Zeeland.
  2. Opa,oma:
    4 februari 2015
    Vandaag weer het hele verhaal gelezen.Hartstikke leuke dingen en fijne mensen ontmoet! Nu fijn in New Zeeland en Bas zijn ouders,jongens zuig alles op als een spons, als jullie dan weer thuis zijn ,heel langzaamaan uitknijpen. Morgen ga ik naar Den Haag een promotie reis van de Betere Express voor een KAN reis.reisagent opa een dag rust. Nu geef ik de tablet aan opa want dan kan hij op zijn gemak lezen. Heel veel liefs OPA, oma.