The Grampians, Adelaide & heel veel wijntjes!

22 januari 2015 - Adelaide, Australië

Nadat we als ontbijtje de rest van de pannenkoeken hadden opgegeten, gingen we op weg naar de Grampians National Park. Het was een aardig ritje door de bergen en heuvels waarbij Ash haar eerste Roadkill maakte, een lizzard die over de weg liep! We kwamen langs het kleine, maar toeristische dorpje Halls Gap waar we in het visitorscentre informatie opvroegen over de omgeving. In de omgeving was slechts één gratis campeerplek, dus dat was makkelijk kiezen. Daarnaast waren er diverse wandelroutes van makkelijk tot gevorderden niveau. Eén van de routes ging langs de bergtop de Pinnacle, was zo'n 10 km lang en werd ons aangeraden om te lopen. De route was medium tot hard bestempeld en zou een prachtig uitzicht geven op de vallei en het kleine stadje. Dat leek ons wel wat voor de volgende dag.

We reden naar de Plantation Area, daar waar we gratis konden camperen. En het was nogal een ruimte! Na een 8 kilometer lange onafgemaakte weg gereden te hebben, was het een verademing om het zandpad te bereiken waar minimaal acht aparte rondjes waren gemaakt waar je kon parkeren, ieder met eigen toiletten en natuurlijke douche (daar wordt regenwater opgevangen in een hangende emmer met een douchekop eronder gemonteerd die je open kan draaien als je gaat douchen, vet handig!). We kozen een plekje op rondje F, waar een enkele tent stond en verder een BBQ/vuurplek met wat bankjes.

Even snel een wasje gedaan in onze geïmproviseerde wasmachine en laten drogen op het drooghek. Er kwamen twee jongens in legerkleding en kistjes aanlopen die blijkbaar bij de tent hoorden. Zij maakten het vuur aan en terwijl ons maaltje aan het koken waren, maakten zij bonen en toast klaar boven het vuur. Het leek wel alsof ze aan het oefenen waren of zo. We trokken onze stoute schoenen maar weer eens aan en vroegen of we erbij mochten zitten. Het werd een super gezellige avond bij het kampvuur waarbij we erachter kwamen dat de twee jongens, beide 21, uit de omgeving van Melbourne kwamen en elkaar kenden van hun bijbaantjes bij de supermarkt Coles. In eerste instantie hadden ze gezegd dat ze op tijd naar bed zouden gaan, omdat ze die ochtend om half vijf thuis vertrokken waren en vandaag meer dan 20 km hadden gehiket, maar uiteindelijk was het een uur of twaalf toen we een stuk verderop in het pikkedonker figuren in de sterren zagen en deze namen gaven. Zo zagen we een eenhoorn, een groovy stickman en diverse satelieten. We besloten dat we elkaars gezelschap wel pleziervol vonden en spraken daarom af om de volgende ochtend samen te gaan hiken.

Na een vlug ontbijtje en een ritje naar de carpark in Halls Gap begonnen we onze hike. We wisten dat de jongens, Alex en Joel kwamen we op dat moment achter, de vorige dag een behoorlijk stuk hadden gelopen en dat ze dus behoorlijk fit zouden zijn. Het was dan ook wel een stiekeme opluchting dat zij net zo stonden te hijgen en te zweten als wij terwijl we de route liepen. Het was inderdaad een wat lastiger pad, die veel omhoog ging, over stenen door beekjes heen en de paden zo waren aangelegd dat er minimale menselijke handelingen zichtbaar waren. Slechts op enkele stenen plateaus waren wat handrails aangebracht om een klein stukje veiligheid te kunnen waarborgen, maar het grootste gedeelte zag er gewoon uit als een nieuw ontdekt bospad. Na ongeveer drie kilometer en drie kwartier puffen en steunen later, kwamen we aan bij de top van de Pinnacle berg. En het was inderdaad een aardig plaatje om te zien. Het was in de verte wat mistig, dus helemaal perfect was het niet, maar toch was het de tocht waard geweest.

Daar namen we voorlopig afscheid van Joel en Alex, daar waar zij een andere route wilden lopen en wij de loop af wilden maken. We spraken af dat we die avond samen zouden gaan BBQen en dat wij wel de boodschappen konden doen omdat zij nog verder wilden lopen die middag. Afgesproken.

Wij liepen verder richting het dorpje Halls Gap, ongeveer halverwege de loop waar we een heerlijke lunch genoten van het plaatselijke café. We kwamen er achter dat er eindelijk eens gratis wifi werd aangeboden, dus we besloten hier in de middag terug te komen om weer eens wat foto's en video's up te loaden. Na de lunch liepen we verder de route af, waarbij onze kuiten en bovenbenen het opnieuw zwaar te verduren kregen. We liepen langs een waterval plateau, liepen via het stenen pad naar boven en via een bossig paadje weer naar beneden. Het laatste stukje van de tocht was aangebroken, daar waar de bordjes richting de carpark kortere afstanden aangaven. Bij een laatste splitsing kwamen we opnieuw bij een watervalletje, maar dit keer leek het alsof het pad was opgehouden. Echter als echte avonturiers dat wij zijn en te eigenwijs om toe te geven dat we verkeerd waren gelopen, maakten we ons eigen pad en klommen richting de weg die schuin boven ons liep. Eenmaal op de weg herkenden we de toegangsroute naar de carpark en kwamen we terug bij Peggy.

Moe maar voldaan stapten we in en reden terug naar Halls Gap, omdat dat het enige geciviliseerde stukje in de hele omgeving was. We reden naar het culturele centrum waar een expositie over de Aboriginals werd getoond. Hier kregen we te lezen hoe de Europeanen letterlijk de boel hebben overgenomen toendertijd, hun gewoontes hebben opgedrongen en verwachtten dat de Aboriginals dezelfde gewoontes zou overnemen als je de faciliteiten maar biedt. Maar je kan iemand wel een rekenmachine geven, maar dat betekent niet dat hij gelijk wiskundige is. Het is daarom ook niet gek dat de Aboriginals in vergelijking met de "Settlers" meer in de problemen komen, vaker hun school niet afmaken en minder inkomen hebben. Daarnaast worden ze ondanks de vele anti racisme campagnes wel degelijk gediscrimineerd. Volgens de expositie in ieder geval. Wij hebben zelf nog geen Aboriginals gezien, behalve de donkere, met witte strepen beschminkte mannen die in Sydney op straat boomerangs en cdtjes proberen te verkopen.

Na het culturele centrum gingen we terug naar het café waar we het laptopje te voorschijn hadden getoverd. Opeens stonden Alex & Joel weer voor onze neus. De route die ze hadden willen lopen was afgesloten en in de plaats daarvan waren ze maar over bospaden gaan driften met de auto en hadden ze trek gekregen. We haalden samen boodschappen, gehakt om burgers te maken, beef sateetjes, Italiaanse Hot Sausages en natuurlijk niet te vergeten een heerlijk stukje steak. We hoopten stiekem dat er kangaroo vlees te krijgen was, maar helaas niet hier in Halls Gap.

Terug bij the Plantation zorgden de jongens weer voor het vuur terwijl wij het eten voorbereidden. We kookten wat aardappelen gaar om te kunnen bakken in uien en champignons, maakten een mooie marinade met italiaanse kruiden, knoflook, peper, zout en wat olijfolie voor de steaks, maakten de heerlijkste burgers van het gehakt met stukjes ui, kaas, kruiden en natuurlijk een eitje erdoor en sneden wat komkommer. Toen wij klaar waren met onze voorbereidingen, brandde het vuur goed en konden we beginnen. En zo goed als dat het klonk, nog beter smaakte het. De burgers waren absoluut subliem, de beefstokjes lekker mals, de worstjes behoorlijk pittig en de steak perfect gebakken. Ook de aardappels waren goed gelukt. Hmm, wat een feestmaaltje. Na het eten en de koffie kwamen de marshmellows te voorschijn en werden de eerder zorgvuldig bewerkte takken gebruikt om de spekjes lekker te roosteren en op te eten.

Na een poosje kwam iemand op het briljante idee om met de brandende punten van de stokken letters in de lucht te schrijven. En dankzij de lange sluitertijd op de camera konden we dat ook nog vastleggen! Dat was leuk! Eerst probeerde Ash een woord in haar eentje te schrijven, maar door overlapping in de lucht en te weinig tijd ging dat niet zo goed. Daarna kwamen we op het briljante idee om met z'n vieren tegelijk ieder een eigen letter te schrijven en de camera op zelfontspanner te zetten! Na veel oefenen en mislukte pogingen omdat bijvoorbeeld de vlam van de brandende stok uit ging, of de letter in spiegelbeeld werd gedaan, kregen we het voor elkaar om duidelijk Bash in beeld te krijgen. We hadden het te pakken! Ook Alex werd na diverse pogingen, waarbij we overgingen op dubbele stokken en zelfs drie stokken om de wind de baas te blijven en de vlammen te laten branden, maar het lukte! Joel ging al na de tweede keer en Jeff (inside joke) ging zelfs de eerste keer helemaal perfect! Wat een super avond!

Het was alweer maandag. De jongens moesten terug naar Melbourne en wij gingen door richting Adelaide. Het was bizar hoe we binnen die twee dagen al een soort vriendschap hadden opgebouwd met grapjes die menig ander niet zal begrijpen en wij helemaal van dubbel liggen. Wellicht kunnen we nog een nachtje in de omgeving Melbourne verblijven op de terugweg.

We vertrokken tegelijkertijd van the Plantation en reden achter elkaar terug richting de gewone weg. Ineens moesten we op de rem, want voor ons sprong een groepje kangaroes de weg over. Terwijl we langzaam verder reden, stond er aan de linkerkant nog een kangaroe te wachten, de rest was al overgestoken. Wauw, nu begrijpen we dat er zoveel roadkills zijn. Wij reden nu redelijk langzaam en konden nog remmen, maar ze komen echt uit het niets en als je ze dan te laat ziet, is het gegarandeerd raak. Na een poosje keken we weer in de spiegel en we waren Alex en Joel kwijtgeraakt. We maakten er nog grapjes over dat zij misschien wel die ene kangaroe hadden geraakt!

Het was nog een behoorlijk end naar Adelaide en op ongeveer 150 kilometer voor Adelaide besloten we dat het wel genoeg was geweest voor die dag. We zochten een camping op waar we een klein bedrag moesten betalen, maar wel een zwembad en douches aanwezig waren. De camping was in een klein dorpje waar verder weinig andere aspecten waren dan de eerdere dorpjes die we hadden bezocht, maar het zwembad was een welkome afwisseling. Na drie dagen in de Grampians met twee avonden kampvuur en een dag hiken zonder douche, was het erg verfrissend om een duik te kunnen nemen. Toen we later in bed lagen, kregen we nog een berichtje van Joel, ze hadden inderdaad die kangaroe aangereden!

De volgende ochtend reden we naar Adelaide, wat vooral bestaat uit buitenwijken en een relatief klein centrum van twee grote blokken straten. We reden naar het visitorscenter waar we wat algemene informatie en tips opvroegen. Helaas heeft Adelaide wat dat betreft dezelfde bijzonderheden als alle andere grote steden in Australië, namelijk een Artgallery, een National Museum, een War Memorial en Botanische tuinen. En tja, die hadden we al een aantal keer voorbij zien komen. Daarnaast had Adelaide een wildlifepark en een dierentuin, een stuk golfkust met mooie stranden en lag het aan de rand van de Barossa Valley.

We besloten die dag te overnachten aan het strand, waar we helaas genoodzaakt waren om een betaalde camping op te zoeken omdat er geen gratis plekken waren zonder het risico te lopen op boetes. We kwamen terecht bij het Discovery Holiday Park aan de Semaphore kustlijn aan de Golf of St Vincent. En zoals elk Landal Greenpark, Centreparcs of Roompot vakantiepark had ook dit park diverse soorten gasten die hun vooroordelen helemaal waar maakten. We hadden de Tokkies, die met de volwassenen rond de BBQ met harde muziek aan en bier in hun handen op verschoten tuinstoeltjes zaten terwijl de kinderen rondrenden en kattekwaad aan het uithalen waren, de Chagrijnige Permanente Bewoner die maar riep dat we van zijn grasveld af moesten blijven, we hadden de Crackies, een stel waarvan we vermoedden dat ze hun huis uit waren gezet, gezien de hoeveelheid spullen in en rond de auto en tent en die hun neus volhadden met iets dat ons deed denken aan Meth gezien de lichamelijke verschijnselen die beide toonden. Dan hadden we nog de semi-permanente bewoners die hun caravans en opritten hadden volgestouwd met tuinkabouters, bloempotten en tuinlampjes en als laatste de Trollenfamilie die ons zo argwanend en boos aankeek toen we aan kwamen rijden, terwijl Moeder Trol eigenlijk te groot was om in een campingstoeltje te zitten en Dochters Trol net zo sjaggo keken als hun Vader en hard op weg waren net zo groot te worden als hun moeder. Genoeg entertainment dus.

Toen we wakker werden, besloten we dat we naar het Wildlife Park zouden gaan en daarna door te rijden naar de Barossa Valley die bekend stond om haar rijke wijngaarden en wijnmakerijen.

Het wildlifepark was een vrij groot park met allerlei soorten wildlife die op diverse plekken in Australië te vinden zijn. Zo zijn er verschillende soorten kangaroes, zoals de rode, de grijze en de kangaroo island kangaroes. Ook diverse soorten Wallabies, emu's (wat een enge beesten, bah!), koalas, uiltjes, papagaaien, lizzards, tazmanian devils, dingo's en diverse andere dieren. Ook waren er wombats! Eindelijk zien we levende wombats! Tot nu toe hebben we al zeker vier wombats gezien, maar dood. Aan de kant van de weg. Maar nu waren ze levend! Wat een poepies! Uit de kluiten gewassen cavia's die op het oog erg langzaam zijn, maar kunnen zeker 40 kilometer per uur halen!

De kangaroes waren zo tam dat je ze kon aaien en bij een grote grijze suffende kangaroe konden we de buidel zien bewegen dat er een kleintje in zat! Super schattig! De Wallabies zijn kleiner en schattiger dan kangaroes, maar ook wat achterdochtiger. Ze kijken wel nieuwsgierig met hele leuke gezichtjes, maar komen niet al te dichtbij.

Een ander diertje wat wij niet kende waren Potoroes, kleine buideldiertjes die wat weg hadden van grote ratten maar met schattige neusjes. Deze beestjes liepen overal en waren zeker niet schuw. Toen we de camera op de grond zetten en er zelf bij gingen zitten, kwamen ze op ons af en snuffelde nieuwsgierig aan de camera, Bas kon er zelfs eentje aaien!

De dingo's, wilde honden, werden gevoerd toen wij er gingen kijken. Echter vonden we deze niet heel bijzonder, omdat deze beesten precies op sommige honden thuis lijken. De zookeeper stond er ook net zo mee te knuffelen, dus we waren hier snel klaar mee. De tasmanian devil was een klein, druk en opwindend beestje. De kaak van het beestje is net zo sterk als een zoutwaterkrokodil en staat er om bekend dat het alles aanvalt wat beweegt ondanks de grootte.

Als laatste de koala, we kregen de mogelijkheid om zo dichtbij te komen, dat we haar, Mia in dit geval, mochten aaien. En wat zijn ze zacht! Wauw! We waren even intens gelukkig, alle dieren van zo dichtbij en eindelijk een levende wombat gezien...

We reden naar de Barossa Valley, ongeveer anderhalf uur verder. Onderweg werden we soort van opgehouden door een enorme horde wielrenners. Dat is waar ook, de Adelaide-Down Under fietstour is weer begonnen. We hebben ons laten vertellen dat dat hier in Australië ongeveer hetzelfde betekend als de Tour de France in Europa.

In de Barossa Valley moesten we opnieuw een betaalde camping opzoeken, omdat ook hier geen legale gratis plekken te vinden waren. We kwamen zowaar een andere Spaceship tegen! De bestuurders waren er echter niet, dus we besloten te gaan zwemmen. Echter toen Bas de schuifdeur open deed, viel het verdroogde rubber er af dat er normaal voor zorgt dat de deur in de rail blijft, maar er nu dus uitschoot en vast kwam te zitten. Met geen mogelijkheid kregen we de deur weer in beweging dus moesten we maar weer Road Assistence bellen. Na een vermoeiend telefoongesprek waar we van omgeving Sydney naar Queensland en uiteindelijk afdeling South Australia te pakken kregen, zou er binnen 20 minuten iemand zijn om ons te helpen. Wauw, dat was snel! En inderdaad was de man er binnen de opgegeven tijd en met het juiste gereedschap had de man de deur binnen een mum van tijd weer op zijn plek. Echter was het rubber gescheurd en kon de deur dus weer makkelijk van de rail afglijden. Volgens de man was het best mogelijk om een nieuw rubber erin te laten zetten, alleen waarschijnlijk waren er weinig garages die dat specifieke rubber op voorraad hadden. Hij gaf dan ook als tip om er gewoon een stuk tak tussen te doen en Spaceship na het inleveren zelf het probleem op te laten lossen, zeker gezien het aantal dagen dat ons nog restte in Australië.

We waren inmiddels een beetje klaar met Peggy, want ons lijstje met gebreken en mankementen werd steeds langer. Zo maakten de ruitenwissers strepen, piepten de remmen, was de benzinemeter niet constant, piepte de v-snaar, hing de bodemplaat half los, stonden de riemen niet strak, had de airco een eigen leven, zat de achterklep regelmatig vast dat we hem niet open kregen, was de reserveband niet bereikbaar, lekte de uitlaat, trok het stuur sterk naar links tijdens het rijden en waren de banden niet in orde bij het afhalen. En dat is nog niet alles. Het was gewoon afwachten op het volgende wat het zou gaan begeven.

En nadat we het stel hadden gesproken uit de andere Spaceship was onze ontevredenheid nog verder gevoed, daar waar zij minder voor de huur hadden betaald, geen verzekering hadden maar wel steeds diverse lagere aanbiedingen hadden gehad om ze alsnog over te halen en ze een nieuwere en betere Spaceship hadden dan wij! Dit werd een boze mail naar Kilroy!
We werden de ochtend erna opgehaald voor de wijntasting tour door de Barossa Valley. Na nog een stel Zwitserse dames opgepikt te hebben, gingen we op weg. Maar eigenlijk was de Valley helemaal niet zo groot, want alles binnen tien minuten rijafstand. De eerste stop was bij Peter Lehman, een schijnbaar bekende wijnmakerij die veel wijnen ook naar Europa exporteert. De man die ons hielp heette Simon en liet ons van alles proeven. Na deze proeverij hadden we al een behoorlijk aantal wijntjes op, al zijn het proefglaasjes. Na deze wijnmakerij gingen we door naar een wat kleiner bedrijf. In tegenstelling tot de redelijk strakke indeling van de Peter Lehman Cellar, was dit net alsof je in een oud frans dorpje terecht was gekomen. We kregen opnieuw de mogelijkheid om van alles te proeven. We waren inmiddels de tel al een beetje kwijt aan het raken en hielden ook niet meer helemaal bij wat we allemaal geproefd hadden.

De derde stop was een lokale worstenmakerij. Dat was leuk! Bekend terrein! Hier mochten we diverse soorten proeven. Het leek een beetje op salami, maar dan anders en in verschillende varianten. Ook maakten ze een soort worst wat ze Fritze noemde, maar ons vooral deed denken aan Geldersw Gekookte! We namen een stuk met knoflook en een stuk Gelderse Gekookte mee, heerlijk een stukje thuis!

De derde wijnmakerij was Jacob's Creek, daar naar schijnt ook een vrij bekende wijnmakerij die veel exporteert. Over het algemeen produceren zij wat zoetere wijnen, wat meer in Ash d'r straatje lag. Deze wijnmakerij was erg groot en modern ingericht. Hier konden we ook een stukje langs de boomgaarden lopen en de verschillende druivensoorten zien.

Bij de vierde wijnmakerij waar we de naam alweer van zijn vergeten kregen we eindelijk lunch. Niet dat het al zo laat was, maar door de hoeveelheid proefglaasjes begonnen we ons al wat licht in ons hoofd te voelen. Tja, professionele wijnproevers spugen alles uit, maar das toch zonde! De lunch bestond uit vers afgebakken lokaal brood, met lokale vleeswaren, paté, kaas en olijven. En uiteraard met de mogelijkheid van een glaasje wijn.

De vijfde plek waar we heengingen was Chateau Tanunda en toen we de exportlijst zagen, zagen we tot onze verbazing dat Jumbo Supermarkten de hoofdafnemer in Nederland was van deze wijnmakerij! We zagen de vaten waar de wijnen in lagen te rijpen en de persen waarmee het sap uit de druiven werd geperst. De wijntjes begonnen naar onze mening allemaal een beetje hetzelfde te smaken en we waren er een beetje klaar mee.

Bij de laatste stop kregen we gelukkig ook geen wijn meer, maar likeuren. Eigen likeuren die op bekende likeuren leken en Mead (een honinglikeur wat ze in deze omgeving vooral drinken bij de eerste huwelijksnacht omdat het de vruchtbaarheid en libido zou verhogen).

We werden terug gebracht naar Peggy en terwijl we daar waren werden we gebeld door Spaceship. Kilroy had onze mail doorgestuurd en Spaceship belde nu om te kijken hoe we het konden oplossen. Na een moeizaam gesprek kwam het er op neer dat we op het moment van inleveren onze punten zouden aanwijzen, zodat hij een oordeel kon vellen over of er een refund of compensatie gegrond was. We konden wel naar een mechanic, maar dat zou waarschijnlijk minimaal een volle dag kosten. En aangezien we morgen voor drie dagen naar Kangaroo Island zouden gaan, het daarna weekend was en maandag Australia Day is en iedereen vrij is, zou het pas dinsdag worden. En we moeten vrijdag weer terug in Sydney zijn om Peggy in te leveren en om dan nog een volledige dag te missen, zou niet handig uitkomen in onze reisplannen. Na het gesprek met Spaceship zagen we het antwoord van Kilroy, wat in onze ogen een slap excuus en raar antwoord was op wat we hadden geschreven. We hebben hier dus nog een pittige mail achteraan gestuurd en laten het hier zeker niet bij zitten. Wordt vervolgd...

xx Bash

Foto’s

1 Reactie

  1. Corine:
    25 januari 2015
    Wat een avonturen weer! Hopelijk lukt het met de auto! Wat gaat de tijd toch snel. Over de wijnen: Jacob's Creek wijn is prima, kun je bij de AH kopen :-) Heel bijzonder dat jullie daar zijn geweest. Veel plezier nog !!!